zaterdag 13 oktober 2012


Zaterdag
13
Oktober
De Sneekse snikkelsnijder

Kijk hem snuffelen met zijn snoeimes
’s Nachts in Sneek ziet men hem vaak
’t Is de Sneekse snikkelsnijder
’t Is een hele snode snaak

Als u ’s nachts soms ligt te snurken
Snukt de snuiter aan de bel:
Ik ben de Sneekse snikkelsnijder
En uw snikkel sneuvelt snel

Waarom snijdt de snuiter snikkels
Snikt en snottert jong en oud
’t Is omdat de snoodaard snikkels
Als een snuisterij beschouwt

’t Is wel sneu voor Sneekse snikkels
Maar hij snoeit en snuit voldaan
Snikkels blinken snikkels klinken
Ruisend ruisend valt het graan

Sneek ach Sneek is voor een snoepreis
Niet zo snoezig als het leek
Want de Sneekse snikkelsnijder
Snuffelt, snaait en snoeit door Sneek
En de bond van Sneekse snollen
Is wellicht het meest van streek
Ivo de Wijs

vrijdag 12 oktober 2012


Vrijdag
12
Oktober


Exit testudo graeca


Eind mij werd besloten dat Basjes

Winterslaap lang genoeg geduurd had.

We groeven hem uit, veegden de aarde

Van zijn grijze schild, schudden hem wat,

Maar kregen hem niet wakker. Waarna

We hem van aldoor grotere hoogte plat

Op het zeil lieten vallen, telkens

Iets luider, waarna het vuilnisvat.



Hendrik van Teylingen

donderdag 11 oktober 2012


Donderdag
11
Oktober

De rozen gingen open

En toen ze het allemaal
Wel gezien hadden

Gingen ze weer dicht


Karel Soudijn

woensdag 10 oktober 2012


Woensdag
10
Oktober

poëzie is een steen
die een steen ontmoet
en moet slikken van ontroering.

een wonder maar nog onvertaald
want zonder taal zijn er alleen
een steen en een andere steen.

Ellen Warmond (1930-2011)

dinsdag 9 oktober 2012


Dinsdag
9
Oktober

Aan het roer dien avond stond het hart
En scheepte maan en bossen bij zich in
En zeilend over spiegeling
Van al wat geleden had,
Voer het met wind en schemering
Om boeg en tuig
Voorbij de laatste stad.

Gerrit Achterberg (1905-1962

maandag 8 oktober 2012


Maandag
8
Oktober

Jij of ik

Als de dood mij eens zal halen
bij jou, mijn lief, vandaan.
Wie zal jou dan leren
die weg alleen te gaan?

Maar mocht de dood mij sparen
en ga jij mij voor,
o lief, hoe moet ik verder dan,
alleen op eenzaam spoor?

To v.d. Eng-Wittebrood

zondag 7 oktober 2012


Zondag
7
Oktober


Ik trek mij terug en wacht.
Dit is de tijd die niet verloren gaat:
Iedre minuut zet zich in toekomst om.
Ik ben een oceaan van wachten,
Waterdun, omhuld door ’t ogenblik..
Zuigende eb van gemoed,
Dat de minuten trekt en dat de vloed
Diep in zijn duisternis bereidt.

Er is geen tijd. Of is er niets dan tijd?