woensdag 18 november 2020

 

woensdag

18

november

 

Huisuitzetting

Morgen om tien uur – zoo klonk het bevel –,
Gaan we je boel verkoopen.
Zes weken huurschuld – de man trekt van ’t steun -
Honger en droefheid drenzen hun dreun –!
De mensch durft niets meer – dan – hòpen –!

’s Morgens om tien uur – de straat zwàrt van volk –
Toonend hun solidair zijn –
Deurwaarder komt met z’n knechies en blaat:
‘Is dat rapaille tot zóó iets in staat?!
Werkelijk – kàn zooiets wáár zijn?!’

Vlak voor de deur staan kam’raads – kop aan kop:
Mènschen –, die niet verwikken.
De trappen, de ramen – kijk goed! – puilen uit –!
Dàn – snerpt een felle politiefluit –,
Hartstochtelijk laaiende blikken –!

De menschen zijn tot het uiterst bereid –,
Eén in hun strijd –, één van zinnen –!
Marcheerend in ren – komen knuppelaars aan –
Zien dan een strijdbereid leger staan,
En –, durven niets te beginnen –!

‘Rapaille’ – het stáát – geeft de daad – stil – bewust –,
Minachtend politieparade –!
d’ Agenten staan wat te grijnzen – ziet –
Maar de makkers – de kérels – ze deinzen niet –
Zóó moet het zijn – Kameraden!



Carel van Oeveren (1910-1942)
uit: Links richten (1932)






zondag 15 november 2020

 

zondag

15

november

 

De wereld gaat en gaat. als lang na dezen,

mijn roem verging, mijn kennis, hoog geprezen.

Wij werden voor ons komen niet gemist.

Na ons vertrek zal het niet anders wezen.



Omar Khayyam (1048-1123)