Vrijdag
9
9
februari
Vreugde in Holland
Vreugd is het in de grote wei te staan,
– water en bloei en lucht zo ver men ziet –
het oog speurt hoe de vogels over gaan
en wet zijn scherpte aan een vrij gebied.
– water en bloei en lucht zo ver men ziet –
het oog speurt hoe de vogels over gaan
en wet zijn scherpte aan een vrij gebied.
Vreugd is het, om waar levend water vliet
te zwemmen, wijd de armen uit te slaan:
dan tint’len de gedachten – men geniet
hun sterke stroom zo vrij te voelen gaan.
te zwemmen, wijd de armen uit te slaan:
dan tint’len de gedachten – men geniet
hun sterke stroom zo vrij te voelen gaan.
En vreugd is in de liefde, gaaf en frank,
voor wie het hart zich koos tot zijn gezel,
de bloei der verten in elkanders ogen –
voor wie het hart zich koos tot zijn gezel,
de bloei der verten in elkanders ogen –
Maar schoonste vreugd, als dàn des harten dank
zó diep is, dat het op de zuiv’re wel
der eigen taal vanzelve wordt gebogen.
zó diep is, dat het op de zuiv’re wel
der eigen taal vanzelve wordt gebogen.
Ida
Gerhardt (1905-1997)
uit: Het veerhuis
Geen opmerkingen:
Een reactie posten