zondag 17 februari 2013


Zondag
17
Februari


BIOGRAFISCH II


In de donkere romp, in de molen,
- en van angst leek mijn bloed te bevriezen -
dáár heb ik als kind mij verscholen,
toen het winnen was of verliezen.
Toen het winnen was of verliezen.

Die daarboven ik òm hoorde gaan,
zij stortten, stortten het graan;
gemalen, gemalen werd het,
tussen stenen te pletter geplet:
dat er brood, dat er brood zou ontstaan.

En ik stond daar, ik zag wat ik zag:
- en zij stortten, stortten het graan -
het vergrauwde licht van de dag,
de balk met stof en spinrag;
en overdwars lag het touw.

Een kind is een muis in het nauw
als de machtigen samenspannen,
als de machtigen samenspannen,
als zij wachten: met ogen en handen.
Ik stond daar: ik zag wat ik zag.

En zij maalden, maalden het graan,
tussen stenen te pletter geplet.
Moed komt uit een afgrond vandaan.
Toen ik ging, met mijn kraag opgezet,
wìst ik: ik zal ze verslaan.

Ida Gerhardt (1905-1997)
Uit: Vijf vuurstenen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten