zaterdag 9 maart 2019


zaterdag
9
maart

De dochter die de moeder in de gevangenis met haar borsten onderhouden heeft.

In ijzer ende staal met voeten ende handen,

Ligt gij hier Moeder vast in zo veel zware banden,
Door honger ende dorst gebracht in grote nood,
En eindelijk daardoor gedwongen tot de dood.
Wat zal ik voor u doen? Gij hebt mij opgetogen,
Ik geef u dat weerom: ik heb u eens gezogen,
Kom zuig mij wederom, kom neem hier brood en wijn,
Wij zullen dochter beid’ en beide moeder zijn.



Daniël Heinsius (1580-1655)
uit: Spiegel van de doorluchtige vrouwen (1606)




vrijdag 8 maart 2019


vrijdag
8
maart

Chinese tekening




Dicht bij de waterzoom

onder een wilgeboom
twee vrienden witgebaard,
en op hun knieën staat
een schaakbord, zwart en wit.
De een verzet het paard,
de ander, tijdeloos, zit
te glimlachen. Hij denkt.
Verder de stroom af zwenkt
een net dat overgaat.

Ida Gerhardt (1905-1997)
uit: de Slechtvalk



donderdag 7 maart 2019


donderdag
7
maart

Klacht

Wanneer ik zeg: “De soep is wat te zout”,
ontsteekt zij in een storm van onbehagen
en moet ik het zeer beslist niet wagen
te reppen van te heet of juist te koud.

Zij reageert alsof ze werd geslagen
en ik krijg bits en bitter toegesnauwd
dat ik mijn grote mond maar beter houd
en niet zoveel moet zeveren en zagen.

Vaak is het slikken als je bent getrouwd
met iemand die kritiek niet kan verdragen.
Dus zwijg ik, ook al is dat klatergoud.

En als mijn vrienden af en toe eens vragen
hoe ’t met mij gaat, antwoord ik wat benauwd
geheel naar waarheid: “Ach, ik mag niet klagen”.

Jan Kal



woensdag 6 maart 2019

woensdag
6
maart

Interview in de bajes

“Verkrachten deed ik vroeger wel in stegen,
maar man, wat is een steeg nog in dit land?
Verlicht, als stond De Bijenkorf in brand,
door straatlantarenpalen allerwegen.

Geef mij dan maar een park, wat afgelegen,
een donker bos, een stille waterkant.
Dáár heb ik er verkracht en aangerand!
Slechts weinigen verzetten zich ertegen.

Een deel is veel voor wie geen deel verwacht.
Het mijne hou ik doorgaans kuis verborgen
tot het zich, plots, toont in zijn hoge staat.

Dit heb ik bij mijzelven overdacht,
Verblomme, op een miezerige morgen
domweg betrapt, in Goor, op heterdaad.”

Kees Jiskoot



dinsdag 5 maart 2019


dinsdag
5
maart


Joepie

. Joepie Joepie is gekomen
Heeft m'n meisje weggehaald
Maar ik kan er niet om treuren
Gauw een ander weer gehaald .

Het ergste van dat lied is niet zozeer
Het feit dat Joepie Joepie is gekomen
En en passant dat wicht heeft weggenomen
Want dat gebeurt vandaag de dag wel meer

De reden dat ik luidkeels protesteer
Is dat de tekst vervolgens zonder schromen
Vergeven is van allerlei symptomen
Van onbekommerd sexueel verkeer


Het is absurd dat jongetjes en meisjes
Steeds vroeger op de onbetrouwbaarheid
Van wisselend contact worden gewezen
Terwijl ze dit soort zedeloze wijsjes
Vol openlijke promiscuïteit
Nog altijd in de bundels kunnen lezen

Frank van Pamelen



maandag 4 maart 2019


maandag
4
maart

Judicium

Het land is vlak. De wind is altijd noord.
De meeste vrouwen hebben hier nog vinnen.
Men werk er in het zweet zijns aanschijns voort
en oogst, geschraagd door drank en Bijbelwoord,
de karnemelk, de raap, het vlas voor linnen.

Niets valt hier voor de vreemdeling te winnen.
Geen filmhuis of een bruin café dat scoort.
Geen boekhandel om poëzie te minnen
(de lettergek verliest er al zijn zinnen
en eindigt onontkoombaar aan een koord).

Ik snap dat u dit rauwe oordeel stoort;
iets positievers schiet mij niet te binnen.
Soms kun je argeloos een vers beginnen
En plotsklaps gaat het over Emmeloord.
Gé van den Bovenkamp

zondag 3 maart 2019


zondag
3
maart

Jaloers II

Als kind mocht niemand met zijn blokken spelen
En kreeg hij van zijn ma een nieuwe bal
Dan trapte ook alleen hijzelf daartegen

Zijn bed met iemand delen? Ben je mal!
En ook zijn Rolls niet of zijn DC-9
Of al die lappen land die hij bezat

En toen hij later kanker had gekregen
Toen wou het maar niet woekeren omdat
De cellen zich gewoon niet wilden delen

Ja, egoïsme is een medicijn
Waar medici jaloers op kunnen zijn

Frank van Pamelen