zaterdag 13 juli 2013

Zaterdag
13
Juli

LISBOA

Een stad van grijswitte gebouwen
En halfvoltooide huizen,
Van ruïnes die spoorloos vergruizen
En zuilen die zichtbaar vergrauwen.

En overal zijn nog de puinen
Van de aardbeving openbaar.
Waarom zou men bergen en ruimen?
Onder de aarde dreigt steeds het gevaar.

Paleizen zijn scheef afgesneden,
Van andre ontbreekt een brok muur.
Lisboa bestaat in ’t verleden,
Maar ’t kent geen rust, enkel duur.

Was het ooit aan een stad gegeven
Voort te leven als geest,
Vreemd nu en trouw vroeger gebleven
Na een aschregen op een feest?

J.Slauerhoff (1898-1936)

vrijdag 12 juli 2013

Vrijdag
12
Juli

A.Roland Holst

God leest de boeken met éen oogopslag
En hoeft niet lang in een kristal te staren.
En die op aarde veel of weinig baren
Krijgen hun beurt wel op de Oordeelsdag.’
Simon Vestdijk (1898-1971)

 

donderdag 11 juli 2013

Donderdag
11
Juli

Simon Vestdijk


Wat mag het raadsel van uw arbeid wezen?

Muur van den Geest, waar die van de Chineezen

te kort bij schiet. - O, Tegenpool van Bloem!

O, Gij die sneller schrijft dan God kan lezen.


A.Roland Holst (1888-1976)

woensdag 10 juli 2013

Woensdag
10
Juli

Het sterkste
Sterk is-wie zal het tegenspreken?
De Steen; doch ’t IJzer kan hem breken.

Sterk is het Ijzer; maar het zwicht
Toch voor de laaie Vuurgloed licht.

Sterk is het Vuur; doch ’t moet bezwijken
En voor de kracht des Waters wijken.

Sterk is het Water; maar, hoe sterk,
De Wolken trekken ’t op in ’t zwerk.

Sterk zijn de Wolken; doch de vlagen
Des Stormwinds kunnen haar verjagen.

Sterk is de Storm; maar hoe hij woed’,
De Man spot met zijn overmoed.

Sterk is de Man; die wonderwerker;
Maar toch is vaak de Wijn nog sterker.

Sterk is de Wijn; maar, hoe vol kracht,
De Slaap verwint hem door zijn macht.

Dus moogt ge op Sterkte u niet verheffen;
Iets anders kan u overtreffen.

J.J.A.Goeverneur (1809-1898)

dinsdag 9 juli 2013

Dinsdag
9
Juli

Herfstdag

De tuinders werkten in de bruine hoven,
De wereld was verlaten van gerucht
En het oneindig najaar spande erboven
De paarlen sfeer van een gelaten lucht

Zo was het hier, zo moest het elders wezen:
Herfst, land mensen in een stil verband,
Waarboven , in berusting uitgerezen
Een overal gelijke hemel spant.

Wat dan te doen, in grijslandschap, grijze luchten,
Uit de oudste dromen van de ziel gemaakt,
Wat met dit hart te doen, welks diepste zuchten
Al haast niet meer naar deze dingen haakt?


J.C.Bloem (1887-1966)

maandag 8 juli 2013

Maandag
8
Juli
Raadsel

De tijd vliegt, maar de dagen gaan te traag.
Een jaar is zo voorbij, terwijl de uren
Elk wel een eeuwigheid lijken te duren,
En morgen wordt als gister en vandaag.

De mens is niet gelukkig van nature,
En kwelt zichzelf met steeds dezelfde vraag
Waarop geen antwoord is. Je zou zo graag
Iets door de spiegel zien, maar het blijft turen.

Er valt geen enkel onheil te vermijden,
En dat de dood komt is een zekerheid
Waaraan je geen gedachte meer wilt wijden.

Je raakt de mensen en de dingen kwijt,
Tot je het leven langzaam voelt verglijden
En deel wordt aan het raadsel van de tijd.


Jean Pierre Rawie

zondag 7 juli 2013

Zondag
7
Juli
Boerenfeestmaal

Het is November en wij eten
Nu van ons vetgemeste zwijn:
De groote hammen en het klein
Gesneden spek, en, niet vergeten,
De lever en de fijne nieren,
De dikke kronkelige worst;
Het is wat zwaar en geeft ons dorst,
Die wordt gebluscht met donkre bieren.

Blaas even uit..., neem nu wat boonen,
Of boerenkool; dàn rijstebrij.
De vrouw staat klaar om op te scheppen.
Kom, ieder een paar flinke meppen.
Wij eten voort met roode konen:
Een kerel laat geen beurt voorbij,

En gaan bij hoogen nood naar buiten.
Om ’t hoekje kan men rustig fluiten.

Willem de Mérode (1887-1939)