vrijdag 24 september 2021

 

vrijdag

24

september

 

JANTJE

Jantje zag eens pruimen hangen
Favoriete fruit van Jan
Maar toen hij er een wou plukken
Keef zijn vader: Niks ervan!

Krijg de tering, vloekte Jantje
Rot toch op, jij idioot
Denk maar niet dat ik gehoorzaam
Stik de moord en val maar dood!

Ja, hij pakte snel een ladder
Klom tot in de hoogste tak
En viel gillend naar beneden
Waar hij alle wervels brak!

Kinderen, bemin je ouders
Toon je vader diep respect
Voor de Heer telt deze regel:
Wie niet braaf is, wordt genekt!



Frits Criens



dinsdag 21 september 2021

 

dinsdag

21

september

Als gij mij leest, dan moet gij mededichten

Als gij mij leest, dan moet gij mededichten,
En algeheel in mijn gedicht opgaan,
Het moet gelijken op een zelf-verrichten,
Alsof niet ik, maar gij het hadt gedaan.

Gij zult tevreden zijn, en ziet het aan,
En blijdschap zal uw dichtend oog verlichten; —
Het is een kleinigheid, een vers te dichten,
Al lezende, is het in u ontstaan.

Ik las het echter, vóór gij hadt gelezen, —
Dit is het onderscheid van u tot mij.

En niettemin deed ik geheel als gij,
Want wat gij lezen mocht uit mij, — vóór dezen,
Stond het geschreven, lichtend, rei aan rei,
Door de natuur, in tekens onvolprezen.



A. van Collem (1858-1933)