woensdag
9
9
januari
Woning
Waarom heb ik ooit deze woning betrokken
Aan ’t kruispunt van Doemsteeg en Dodemanslaan
Waar schimmen hun slag in de duisternis slaan
En avonden lang om mijn ziel zitten gokken
De nacht stapelt uren als loodzware blokken
En vleermuizen piepen van wanhoop en waan,
De balken verzakken, de vloeren vergaan,
Het klamme behangsel ziet zwart van de pokken
Vannacht voor de laatste keer wakker geschrokken,
In ’t karige licht van de krimpende maan
Bood deurwaarder Dood mij een dwangbevel aan
Nog even een tip voor de adem zal stokken:
Ach mens, laat u niet door een makelaar lokken
Naar ’t kruispunt van Doemsteeg en Dodemanslaan
Waarom heb ik ooit deze woning betrokken
Aan ’t kruispunt van Doemsteeg en Dodemanslaan
Waar schimmen hun slag in de duisternis slaan
En avonden lang om mijn ziel zitten gokken
De nacht stapelt uren als loodzware blokken
En vleermuizen piepen van wanhoop en waan,
De balken verzakken, de vloeren vergaan,
Het klamme behangsel ziet zwart van de pokken
Vannacht voor de laatste keer wakker geschrokken,
In ’t karige licht van de krimpende maan
Bood deurwaarder Dood mij een dwangbevel aan
Nog even een tip voor de adem zal stokken:
Ach mens, laat u niet door een makelaar lokken
Naar ’t kruispunt van Doemsteeg en Dodemanslaan
Otto van Gelder