Zaterdag
6

januari

Een deugdelijk jaar

lk wensche u een jaar,
dat zachte als zijde is;
ik wensche u een jaar,
dat blank en blijde is;
ik wensche u een jaar,
dat ver van krank is,
een deugdelijk jaar
zoo breed als ’t lang is;
ik wensche u een jaar,
dat, als ’t voorbij is,
een zalig jaar
voor u en mij is;
ik wensche u een jaar,
zoo Gods gebod is,
dat in en dat uit
geheel voor God is.

Guido Gezelle (1830-1899)

Vrijdag
5

januari

Eeuwig

Kijk mijn streven is het leven
vorm te geven met een stip
geen verspilling, dat is killing
voor de toekomst en mijn knip

afval scheiden, uien snijden
vet vermijden, winterpeen
zuinig stoken, niet meer roken
nee, je kunt er niet om heen

zie de vele zonpanelen
als juwelen op mijn dak
voor de meter zoveel beter
en een voórdeel dat ik pak

meer gaan lopen, minder kopen
naar de Tropen is taboe
weg die spullen en die prullen
uitstoot moet omlaag en hoe

wees bescheiden, deze tijden
lijden aan een Dikke Ik
zo, dat staat er, denk aan later
eeuwig gaat voor ogenblik.

Jolien

donderdag
4

januari

Ogenblik

Ik besparen na die jaren
van vergaren, ben niet gek
wat een fratsen, ik wil patsen
niet mee eens soms? hou je bek

Malediven, bergmassieven
naar believen ver op reis
weekje shoppen, biefstuk proppen
kan niet stoppen,altijd prijs

stevig stoken, vettig koken
shaggie roken als ik wil
lekker scheuren, nou niet zeuren
Nederland is veel te stil

Bitcoins kopen, binnenlopen
en maar hopen op nog meer
lekker stunten met mijn munten
pak je winst en nog een keer

ik wil leven, om het even
of we sneven mettertijd
nu nog snel wat flappen tappen
ogenblik voor eeuwigheid

Jolien

woensdag
3

januari

Ik was in het klooster en ik zag de maan,

’t Was mooi en ik ben eruit gegaan,

En ik ging over de stille kloosterdam,

En ’t was of ik weer in ’t leven kwam.

Maar eenmaal buiten was de maan verdwenen,

Was alles zwart, wat zilver had geschenen.

Maar als de nieuwe dag in goudglans werd geboren,

Kwam alles terug wat in die nacht bij ’t klooster was verloren.

Jan Arends (1925-1974)

dinsdag
2

januari

Als

de kapper

praat

met zijn schaar

en mij knipt

dan

deelt hij zich

aan mij mee.

Met

het gaan

van de jaren

en

het praten

van de kapper

werd ik kaal.

De kapper

is dood

en zwijgt nu

in mij

en praat

in mij door

in de boom

van mijn hoofd

van de winter.

Jan Arends (1925-1974

maandag
1

januari

Ik

zou willen

dat ik

mijn schaduw

was.

Dan

had ik

die vetkwabben

niet.

Dan

waren mijn voeten

niet vuil.

Dan

was mijn geweten

schoon.

Dan

hoefde ik

niet na te denken.

Jan Arends (1925-1974)

Zondag
31

december

In

al die

miljarden jaren

dat de tijd

nu oud is

moet er toch ooit

een fout

geweest zijn.

Een korte

onderbreking.

Een kleine

stilstand

in de tijd.

Een dag.

Hoe

weet ik dan

dat het vrijdag is

vandaag?

Kan

het niet zijn

dat wat

vandaag gebeurt

al gisteren

heeft plaatsgevonden.

Jan Arends (1925-1974)