zaterdag 22 juni 2013

Zaterdag
22
Juni

Afstand nemen

De karavaan laten wij angstig gaan
En voelen niet het steken van de zon
Als wij weer op de tempeltreden staan
Waar ooit de stem weerklonk van Simeon:

“In vrede laat me gaan, nu ik hem zag
Die licht zal zijn tot glorie voor uw volk”.
We vinden hem – het is de derde dag –
Een kind tussen de rabbi’s als een tolk

Van Gods gedachten: “Wat deed jij ons aan!”
Maar hij: “Je wist, ik hoor toch bij mijn vader!”
Ik wist het, maar begrijp het niet. Voortaan
Zal ik veel in mijn hart moeten bewaren


Patrick Lateur

vrijdag 21 juni 2013

Vrijdag
21
Juni

Verliezen

Twaalf jaar mijn zoon en in de stad verloren
Waar mensen paasfeest houden rond  de tempel.
Maar hij ontgroeit ons al sinds zijn geboorte,
Het was ons voorzegd door zoveel stemmen.

Er was geen onderdag. Zijn eerste bed
Een voerbak. Maar de eenvoud van de herders
En magiërs vol wijsheid wisten het:
Hier ligt de Heer, Messias, onze Redder.

In Bethlehem was hij niet meer van ons.
Reeds in de dagen van Herodus baarde
Hij onrust, was van Rachels klacht de bron.
Een moederhart moet veel kunnen bewaren.

Patrick Lateur

donderdag 20 juni 2013

Donderdag
20
Juni
Loven

Dan vallen wij elkaar in de armen,
Wij voelen wat God voorheeft met ons beiden.
En mij ontspringt een lied over erbarmen,
Een lof over Gods trouw die ons bevrijdde.

“Met heel mijn hart, roem ik de Heer, en hoog
Juich ik om God. Hij houdt me bij de hand,
Op wie hem dient in eenvoud valt zijn oog
En elk geslacht prijst mij nu zalig, want

Hij deed mij grote dingen, hij is machtig.
En heilig is zijn naam.Voor wie hem eert
Is hij geslachten door steeds weer barmhartig.
Hij toont zijn armkracht en wie hem trotseert

Slaat hij uiteen. Met heersers geen genade:
Hij zet hen af, verheft wie is vernederd,
Wie hongert heeft hij rijkelijk beladen,
Met lege handen zendt hij rijken weder.

Hij nam het op voor Israël, zijn knecht,
Omdat hij steeds aan mededogen dacht.
Dat had hij onze vaderen toegezegd
Voor eeuwig, Abraham en zijn geslacht”.

De naklank van de oude woorden, lang
Vóór mij gesproken en geschreven, wijkt
Maar in mijn hart verstomt nooit het gezang
Waarmee ik anders naar de wereld kijk.


Patrick Lateur

woensdag 19 juni 2013

Woensdag
19
Juni
Ontmoeten

Nu draag ik het geheim dat ik wil delen
En over Juda’s bergland draagt mijn God
Me naar Elisabet die voor zovelen
Een teken was van het wanhopig lot.

Maar Hem is niets onmogelijk. Nu leeft
Haar schoot, herleeft de vrouw weer in het weten
Wat God haar deed. Mijn stap wordt licht en zweeft,
Ik hoor haar woorden om nooit te vergeten:

“Gezegend ben jij onder alle vrouwen,
Gezegend is het leven in je schoot.
In wat de Heer je zei moet jij vertrouwen
En zalig ben jij, Mirjam, in geloof”.

Patrick Lateur

dinsdag 18 juni 2013

Dinsdag
18
Juni
Luisteren

Is het de wind, die wervelt uit de dalen
En woorden aanwaait die mijn hart beroeren?
“Niet bang zijn, Mirjam, God is jou genadig.
Je baart een zoon, je zal hem Jezus noemen,

Een koning over Jacobs huis voor eeuwig”.
Mijn ogen zoeken Jozef vruchteloos.
“Vraag niets. Het is de Geest die jou doet leven,
De Heilige, want groot is jouw geloof.”

In eenklank met de wind mijn diepste adem:
“Laat het zo zijn. Ik ben bereid, Ik dien”.
Weer staat het venster open op de avond
En in mijn dorp kan ik de wereld zien.



Patrick Lateur

maandag 17 juni 2013

Maandag
17
Juni
Nazaret

De wereld wordt wel nooit mijn dorp. Want dagen
Ver ligt de macht van tempel en van Wet.
En ver over azuren golven dragen
Galeien buit naar Rome. Nazaret

Mijn dorp, waaruit – zegt men – niets goeds kan komen.
Hier klinken geen bazuinen, geen cimbalen
Maar stille stemmen in de synagoge,
Een vlugge groet, geschuifel van sandalen.

In huis eender geluid van schaaf en hamer
En Jozef, de rechtvaardige en zoon
Van David, wacht met mij in deze kamer
Het kind, hem toegewezen in een droom.


Patrick Lateur