vrijdag 20 december 2019


vrijdag
20
december


Lotgenoten,

Ons gaan is een komen
Ons komen een gaan

De zin van het leven
is dat we vergaan

De wereld van iedereen
Niemand de baas

Het heden is eeuwig
Alles is waar

God of Jehova
Allah Jahweh

De één is de ander
De ander de één

Ontsteekt uw geweten
Kijkt om u heen

Het lot dat we delen
laat niemand alleen


Jules Deelder (1944-2019)
uit: Ruisch (2011)



dinsdag 17 december 2019


dinsdag
17
december

Van op de hooge brug

Van op de hooge brug onder den kroonlantaren,

is alles, nu gezien, zoo anders dan het was
toen wij den tragen avond gingen tegenvaren,
of spraakloos onder de elze zaten in het gras.


De Leie en lijkt ons maar een landelijk rivierken,

een wandelende streep, en wat traag water toe,
met aan iederen draai een waaiend populierken,
een half-verdronken ponte, een schilder en een koe.


Hier langs de straten is ’t zoo triestig en het regent.

Maar ginder is de nieuwe maan al opgestaan.
Waarom nu elk van u de Leie niet gezegend?
Meneer van de Woestijne heeft het vóórgedaan.


Of wist ge ’t niet: dat Jezus ’t veer kwam overzetten,

(de lelie drijft, alwaar zijn riemslag heeft verpoosd),
en dat men tot zijn glorie, onder de gloriëtten,
des Zondags aan een matig prijsken paling roost?



Richard Minne (1891-1965)
uit: In den zoeten inval (1927)

maandag 16 december 2019


maandag
16
december

Internationale treinen

Laat vrije baan aan de internationale treinen:
zij schonken ’t zelf-vertrouwen weer aan een geslacht,
dat kroop in ossewagens en in palankijnen,
en nu aan 140 ijlt doorheen den nacht.


In de internationale treinen wordt geboren
de broederschap, die men bij pond en dollar meet,
Armstrong en Vickers, de trust van ’t koren,
de nieuwe nationaliteiten waar niemand van weet.


Laat vrije baan aan de internationale treinen:
zij schuiven de toekomst open als gordijnen,
en brengen ons reukwerk, guano en schoenen,
den Volkenbond en appels voor citroenen.



Richard Minne (1891-1965)
uit: In den zoeten inval (1927)