Zaterdag
24
24
februari
Mattheus 14:25
Een dominee, een
priester, een rabbijn
Met hengels aan
het meer van G. gezeten
Genoten van het
weer. De vissen beten
Er moest alleen
nog wat te drinken zijn
De rabbi stond dus
op, liep over 't water,
Kocht aan de
overkant een flesje wijn
Om na een poos en
zonder centje pijn
Geïmiteerd te
worden door de pater
Toen zou de
dominee wat halen gaan
Hij haalde een nat
pak en sloeg een flater
De priester vroeg
de rabbi met geschater:
‘Zal ik hem zeggen
waar de paaltjes staan?’
Jesjoe bar-Josef
(net als zijn sandaaltjes
Zeer droog) sprak:
‘Hoe bedoel je? Welke paaltjes?’
© Hendrik
Jan Bosman
De Tweede
Ronde, lente 1999