Zondag
maart
De twee gedachten
Een denker dacht met zacht misbaar
twee
gedachten bij elkaar
Daar
zij niet naar buiten kwamen
had
hij zelf voor hen geen namen.
Wij
noemen ze dus Ploot en Fuit
(zo
zagen zij er namelijk uit)…
Fuit
was zestig Ängström groot
maar
magerder dan kromme Ploot.
Het
viel niet op hoe overdag
de een
over de ander lag
maar
in de stilte van de nacht
lagen
zij languitgedacht
en zo
verward als mensenhaar
vochten
zij dan met elkaar
zodat
de denker mompels maakte
en met
een pijn in ’t hoofd ontwaakte.
Dus
stonden altijd naast zijn bed:
a)
glas water b) tablet.
Hij
goot en kruimde deze dingen
dan
door het hoofd het lichaam binnen
en
spoedig lagen Ploot en Fuit en
ook
anderen het westen buiten.
Later
hadden ze dan spijt
van
hun tegenstrijdigheid.
“Waarom
denkt’ riep dan het paar
‘hij
ons altijd bij elkaar?
Als
hij ons om beurten dacht
wou ‘k
wel om de andere nacht
opnieuw
bedacht.’
Toen
kreeg de denker een idee:
Hij
dacht om beurten aan de 2.
Nu
slaapt hij altijd in op tijd
en
door tot uren na het ontbijt.
Moraal
Op
enkele dagen van het jaar
is
bijna alles wel eens waar.
Leo Vroman (1915-2014)
Uit: Fabels.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten