woensdag 8 juni 2016

Woensdag

8

juni


Tot de bodem

Een kroeg bezoeken en naar glazen grijpen,
je geest, een luchtballon, van zandzakken bevrijden,
steeds hoger stijgen en blijmoedig verder hijsen,
zo dweil je door de koude voorjaarsnacht en pist,
de hoogste tijd, een nieuwe kroeg, je geld, je jas,
je bent een man of niet, schuimkringen in de gracht.

Ik las dat de politie bij elk waterlijk
(het gaat om meer dan vijftig doden in drie jaar)
sinds kort meteen naar open gulpen kijkt.
Hoe water ’s nachts naar mensen grijpt.
Hoe drank een vloek over de grachten verft.

Een flits van speelgoed, stranden, tuinen en tv.
Naar kades klauwen, in je kreten stikken, rond
die luchtbel, rond je hoofd, een engel die niet komt,
o de gestorven zomers in je mond.


Menno Wigman







1 opmerking:

  1. Fijn dat hier een gedicht van mij wordt geciteerd. Helaas is er bij de strofenopbouw iets verkeerd gegaan: het gedicht bestaat uit zes, vervolgens vijf en daarna vier regels. Mocht dit nog hersteld kunnen worden, mijn dank zal groot zijn. Menno Wigman

    BeantwoordenVerwijderen