maandag 13 augustus 2012


Maandag
13
Augustus
Waterweelde
't Was verruk'lijk zomerweder,
Niet te warm en niet te koud:
't Schuitje dobberde op en neder,
Onder 't hangend hout.

Welk een weelde voor een dichter
Op dien stillen effen plas-
't Was mij of ik nog veel lichter
Dan een vlugge vlinder was.

En dan aan mijn groene zijde
Truide, teêr door mij bemind,
Lachend lievend, blozend blijde
Als een speelsch en dartel kind.

't Leven scheen mij enkel zoetheid,
En de lachende natuur
Kondde luide Scheppers goedheid
Op dit wonderzalig uur.

Nimmer zal ik u vergeten,
Zelfs al word ik hoog bejaard,
Zoete tijd met haar gesleten,
Spelevarend op de vaart!

Cornelis Paradijs, uit Grassprietjes
(Frederik van Eeden 1860-1932

Geen opmerkingen:

Een reactie posten