Zondag
13
november
Geketend door de liefde
Zoals een nachtegaal, die een onbewaakt
moment benut om aan zijn kooi te ontkomen,
eenmaal ontsnapt uitbundig in de bomen
en tussen ’t gras ’t genot der vrijheid smaakt,
moment benut om aan zijn kooi te ontkomen,
eenmaal ontsnapt uitbundig in de bomen
en tussen ’t gras ’t genot der vrijheid smaakt,
zo had ook ik me lachend
losgemaakt
van al die kwellingen en boze dromen
die ’t oog van bitterheid doen overstromen
bij al wie ’t spoor door liefde bijster raakt.
van al die kwellingen en boze dromen
die ’t oog van bitterheid doen overstromen
bij al wie ’t spoor door liefde bijster raakt.
Ik had uit Venus’ tempel al weer gauw
alles terug, en fier en vastberaden
liep ik ermee te pronken als een pauw,
alles terug, en fier en vastberaden
liep ik ermee te pronken als een pauw,
toen Amor mij (o Lot, schenk mij
genade!)
ineens weer als gevangene van jou
met nieuwe pijn en nieuwe smart belaadde.
ineens weer als gevangene van jou
met nieuwe pijn en nieuwe smart belaadde.
.
.
Tullia d’Aragona (ca. 1510-1556) was de dochter van een kardinaal en een van de beroemdste courtisanes uit het cinquecento.
.
vert. Frans van Dooren
.
Frans van Dooren – Gepolijst albast, acht eeuwen Italiaanse poëzie – Amsterdam 1994,153
Geen opmerkingen:
Een reactie posten