Dinsdag
14
Mei
Zo'n
gelukkige dag.
De mist was vroeg gezakt, ik werkte in de tuin.
De kolibries stonden stil boven de bloeiende kamperfoelie.
Er was geen ding op aarde dat ik begeerde,
geen mens die ik benijdde.
Wat aan kwaad was geschied, was ik vergeten,
geen schaamte om te zijn wie ik ben.
Ik voelde nergens in mijn lichaam pijn.
Toen ik mij oprichtte zag ik de blauwe zee
met haar witte zeilen...
De mist was vroeg gezakt, ik werkte in de tuin.
De kolibries stonden stil boven de bloeiende kamperfoelie.
Er was geen ding op aarde dat ik begeerde,
geen mens die ik benijdde.
Wat aan kwaad was geschied, was ik vergeten,
geen schaamte om te zijn wie ik ben.
Ik voelde nergens in mijn lichaam pijn.
Toen ik mij oprichtte zag ik de blauwe zee
met haar witte zeilen...
Czeslaw Milosz (1911-2004)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten