donderdag
6
6
februari
Gedichten van anderen
Lauw is mijn aandacht voor gedichten van
anderen.
Ik heb ze in mijn boekenkast, zoals
kaneel en curry
in het kruidenrek. Hoe vaak heb je bij
het koken
saffraan van doen? Gedroogde
limoenblaadjes?
Maar mijn eigen gedichten, dat is peper
en zout.
Twee vaatjes die na de maaltijd op tafel
blijven staan.
Het zout der aarde? Nou, dan denk ik aan
mijn werk.
Zo ijdel. Natuurlijk weet ik, net zoals
jullie, beter.
Want lauw is de aandacht van anderen
voor mijn gedichten.
Daar heb je Goudeseune weer, zoals
muskaatnoot in puree.
Af en toe best lekker. Niet overdrijven.
Een mespunt.
Als dit gedicht een sonnet wil zijn, dan
moet ik nog
drie regels. Maar eigenlijk is het
klaar, jullie kunnen alvast
de wijn inschenken. Dat jullie
tafelmanieren mogen hebben.
Koenraad Goudeseune (1965)
uit: Vrachtbrief (2019)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten