maandag
3
3
februari
Christus als hovenier
Zij dacht dat het de
hovenier was. Johannes 20:15
Eén Rembrandt kende
als kind ik goed:
de Christus met de grote hoed
wandelend in de ochtendstond.
En, naar erbij geschreven stond:
de Christus met de grote hoed
wandelend in de ochtendstond.
En, naar erbij geschreven stond:
Hij was een hovenier.
En nòg laat ik mijn
tranen gaan
als in de gaarde ik Hem zie staan,
en – wat terzijde – in stille schrik
die éne, zij die dacht als ik:
Het was de hovenier.
als in de gaarde ik Hem zie staan,
en – wat terzijde – in stille schrik
die éne, zij die dacht als ik:
Het was de hovenier.
O kinderdroom van
groen en goud –
géén die ontnam wat ik behoud.
De laatste hoven naderen schier
en ijler wordt de ochtend hier.
géén die ontnam wat ik behoud.
De laatste hoven naderen schier
en ijler wordt de ochtend hier.
Hij is de hovenier.
Ida Gerhardt (1905-1997)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten