donderdag
27
27
juli
Nietigheid
Ach! al des stervlings roem is niet
Dan blinkend ijs en ruischend riet.
Het ijs versmelt, het rietjen knikt,
Als zon of wind het tegen blikt.
Waar blijft dan ’t schitterschoon kristal?
Waar ’t oorbehagend pijpgeschal?
Eén rukjen luchts, één zonnestraal!
Daar ligt des hoogmoeds flonkerpraal.
Dan blinkend ijs en ruischend riet.
Het ijs versmelt, het rietjen knikt,
Als zon of wind het tegen blikt.
Waar blijft dan ’t schitterschoon kristal?
Waar ’t oorbehagend pijpgeschal?
Eén rukjen luchts, één zonnestraal!
Daar ligt des hoogmoeds flonkerpraal.
Willem
Bilderdijk (1756-1831)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten